Voor de meeste peuters en kleuters kan het moeilijk zijn om afscheid te nemen van de tut. Voor veel kinderen is het immers hun troost, hun slaapvriend en soms zelfs hun beste maatje.
Ook voor ons als ouders kan het moment waarop we besluiten dat het tijd is om de tut vaarwel te zeggen het begin van een emotionele achtbaan zijn. Iets afleren is namelijk altijd moeilijker dan iets aanleren.
In deze blogpost neem ik je mee door de verschillende stappen om op een liefdevolle en doeltreffende manier de tut vaarwel te zeggen. Van het kiezen van het juiste moment tot creatieve manieren om je kind hierbij te betrekken, samen ontdekken we hoe we dit afscheid niet draaglijk en misschien zelfs een beetje leuk kunnen maken.
Waarom een fopspeen?
Baby’s worden geboren met een zuigreflex. Die helpt hen te overleven. Zuigen zorgt er immers voor dat onze kleintjes melk kunnen drinken. Bovendien geeft het drinken ook een gevoel van rust en troost.
Vaak geven we onze kleintjes een tutje om aan die zuigbehoefte te voldoen en als troostmiddel, omdat baby’s nog te weinig over andere manieren beschikken om zelf tot rust te komen.
Een fopspeen kalmeert immers als ons kind verdrietig is, voelt vertrouwd aan op onveilige momenten of wanneer ons kind pijn heeft, én het helpt om wiegendood te voorkomen.
Waarom liever geen fopspeen?
Rond de leeftijd van vier maanden is de zuigbehoefte al sterk verminderd en kan de tut in principe weggenomen worden.
Wordt het tutje nadien nog ingezet als troostmiddel, dan kan het uitgroeien tot een gewoonte die moeilijk af te leren valt.
Vier maanden is eveneens de leeftijd waarop de meeste baby’s met vaste voeding starten. Ze leren kauwen en slikken. Om dat laatste te kunnen, moeten onze kleintjes leren om hun mondspieren te controleren.
Te lang tutten kan ervoor zorgen dat de mondspieren in de war geraken.
Eerst en vooral moet bij het slikken de tong leren om omhoog te gaan. De tut dwingt echter juist de tong om laag in de mond te blijven.
Daarnaast is het belangrijk dat “in rust” de tong tegen het verhemelte duwt om een brede bovenkaak te krijgen.
Die zorgt er immers voor dat er voldoende plaats is voor de tanden van het melkgebit. Dat melkgebit is normaal gezien “volledig” vanaf 2,5 jaar.
Voortdurend met een tutje rondlopen kan echter een smalle bovenkaak in de hand werken met weinig plaats voor de tandjes, of een mondje dat altijd open staat, of een open beet van de tanden, enz.
Ook zijn in rust de lippen gesloten en geven ze net voldoende weerstand aan de tanden om niet naar voren te groeien.
Zit er een tutje in de mond, dan moeten de lippen voortdurend proberen om een vreemd voorwerp in de mond te houden. Ze worden weg van elkaar geduwd en het gebit gaat open staan.
Tenslotte wordt het vaak afgeraden om de fopspeen te blijven gebruiken in de peuter -en kleutertijd omdat het de taalontwikkeling zou verstoren.
Te lang zuigen op een fopspeen kan er namelijk voor zorgen dat ons kindje bepaalde klanken verkeerd gaat uitspreken.
Dit kunnen we oplossen door, telkens wanneer ons kindje probeert te praten met zijn tutje in zijn mond, consequent te zeggen: “Zeg het eens zonder de tut in je mond. Mama / papa kan jou zo niet verstaan.”
Hoe pakken we het afscheid best aan?
Tip 1: Kies het juiste moment
Zoals eerder gezegd biedt een tutje houvast tijdens de moeilijke momenten, wanneer ons kindje troost nodig heeft.
Zoek dus een goed moment uit om afscheid te nemen. Met andere woorden, wanneer het leven zijn gewone gangetje gaat en er geen spannende tijden zitten aan te komen.
Een verhuis, instappen op school of de komst van een broertje of zusje, als je aan het scheiden bent, enz. zijn dus geen goede momenten om met het tutje te stoppen.
Tip 2: Geef je kind inspraak (als het al wat ouder is).
Afscheid nemen is altijd moeilijk.
Het kan dan ook helpen om samen met ons kind een datum te prikken waarop ons kind vaarwel zegt aan zijn tutjes.
Maak dit visueel door een kalender te gebruiken. Elke dag die om is, zet je samen een kruisje.
Door erover te praten met ons kind op een positieve manier, kan ons kind al een beetje wennen aan het idee dat de afscheidsdag dichterbij komt.
Zeg bijvoorbeeld: “Jij bent al een grote flinke jongen / meid. Jij hebt geen tutje meer nodig. Zo, vandaag is er weer een dagje om. Binnenkort gaat ons tutje weg.”
Tip 3: Zoek alternatieven om je kind te kalmeren.
Wanneer we merken dat ons kindje vrolijk is, rondwandelt en brabbelt, dan kunnen we (zeker overdag) het tutje al uit zijn mondje laten. Ons kind hoeft op leuke momenten immers niets in zijn mondje te hebben.
Is ons kindje verdrietig of heeft het een pijntje? Zoentjes en knuffels van mama of papa, op de schoot nemen en heen en weer wiegen, over zijn ruggetje wrijven, … alle troostende en geruststellende gebaren helpen alvast.
Misschien heeft ons kind daarnaast nog meer troost nodig. Die kan je hem geven door telkens het moeilijk wordt een zachte knuffel aan te bieden, of een troostdekentje.
Op die manier geraakt ons kindje minder verknocht aan zijn tutje als troostmiddel.
Tip 4: Kies een methode.
Cold Turkey
De effectiefste methode is nog steeds om acuut op te houden met tutjes-gebruik.
Leg uit waarom het zo belangrijk is dat er gestopt wordt met tutten.
Zeg bijvoorbeeld: “Jij bent al een grote jongen / meid. Jij hebt geen tutje meer nodig; die zijn voor baby’s die nog geen tanden hebben. Tutjes zijn namelijk heel slecht voor de tanden. En we willen natuurlijk dat onze tandjes mooi groeien. Dus moeten we stoppen met tutten.”
Verzamel samen de tutjes en kies samen een moment uit waarop je ze wegdoet.
Voor leuke afscheidsideeën verwijs ik graag naar tip 6.
Voor elke tutloze nacht kan je werken met een beloningskaart.
Zeven stickers geven dan bijvoorbeeld recht op een fijne activiteit, zoals een uitstapje, samen een ijsje gaan eten, een film kijken, enz. Indien mogelijk, spreek je de beloning vooraf best af met je kindje. Dat verhoogt zijn motivatie om door te zetten.
Afbouwen
Bouw eerst het tutje overdag af.
Maak je kindje duidelijk dat het al een grote jongen of meid is, en dat het tutje enkel dient om mee slapen.
Spreek eventueel af dat bij het opstaan het tutje in een mooi doosje wordt gelegd. Daar kan de fopspeen verder rusten.
Bouw dan het tutje ook ’s nachts af.
Lees bij het slapengaan verhaaltjes voor, die gaan over het ophouden met tutten. Door gebruik te maken van boekjes kunnen we ons kindje voorbereiden op wat er gaat komen.
Op De Opvoedcoaching Community kan je het verhaaltje terugvinden dat ik gebruikte bij mijn eigen Kleine Mannetje.
Vertel in een volgende stap dat er gestopt zal worden met de fopspeen en waarom we dat doen.
Prik samen een (weekend)dag waarop dat zal gebeuren en hou je daaraan.
Hou op de dag zelf een heus afscheidsritueel.
Verzamel alle tutjes in huis, en voer je afscheidsidee naar keuze uit (zie tip 6).
Geef je kind een speciale tutjesknuffel.
Vertel je kind dat je heel trots op hem bent, en dat elk kindje dat zijn tutjes afgeeft, een tutjesknuffel in de plaats krijgt. Die knuffel is gemaakt om kindjes te helpen om lekker te slapen.
Het is namelijk de bedoeling dat deze spiksplinternieuwe knuffel de taak van het tutje als het ware overneemt. Dat hij zorgt voor dezelfde geborgenheid, houvast en rust als het tutje deed.
Tip 5: Hou vol.
Weet dat je na het afscheid mogelijks een week met minder slaap tegemoet gaat.
Sowieso is het geen goed idee om opnieuw de fopspeen boven te halen wanneer ons kindje verdrietig is. Of als hij ’s nachts wakker wordt en naar zijn tutje vraagt. Want dan is het terug naar af.
Zet de tutjesknuffel op deze momenten aan het werk.
Haal hem erbij en neem de tijd om te luisteren naar je kind. Laat horen dat je begrijpt dat je kindje verdrietig is, dat hij nog af en toe aan zijn tutje denkt. Erken dat dit niet fijn is.
Verleg vervolgens de focus naar de tutjesknuffel; “Gelukkig heb je een lieve knuffel die jou helpt om lekker te slapen. Ik weet zeker dat het mijn grote jongen / meid zal lukken om flink verder te slapen. Neem je knuffel maar lekker dichtbij jou.”
Tip 6: Maak er iets memorabel van.
Het afscheid van het tutje is sowieso een belangrijke stap in het leven van ons kind. Het is dan ook heel fijn om er iets feestelijks van te maken.
Zo hebben veel gemeentes een eigen tutjesboom, waar je het tutje samen in kan gaan ophangen. Al dan niet met afscheidsritueel. Op tuttenboom.be vind je alle locaties.
Verder kan je kind zijn tutje onder zijn hoofdkussen leggen om mee te geven aan de tuttenfee of fopspeenfee. Net zoals de tandenfee een centje neerlegt voor elk gekregen tandje, kan de tuttenfee (eenmalig) een lieve, nieuwe knuffel brengen voor de ingeleverde fopspenen.
Werd er onlangs een baby geboren in de familie of dichte vriendenkring, dan kan je afspreken met je kind dat hij zijn fopspeen cadeau mag geven aan zijn nieuwe neefje / nichtje of toekomstig speelkameraadje.
Rond 6 december kan je kleintje zijn tutje in zijn schoentje achterlaten voor Sint en Piet. Kan je niet wachten tot 6 december? Dan is het ook een mogelijkheid om de fopspeen in een mooi versierde enveloppe te steken en op te sturen naar Spanje. Wedden dat Sinterklaas met een klein pakje zal antwoorden?
Samen iets kiezen in de winkel en betalen met de fopspeen is ook een leuk idee.
En voor de kindjes die echt al heel groot en flink zijn, kan een groter bed de gepaste beloning zijn.
Hoe dan ook, wens ik je veel succes toe!
Voor meer tips rond opvoeden en ouderschap, volg mij op Facebook, Instagram, of allebei.