Ouders willen het beste voor hun kinderen. We streven ernaar hen op te voeden tot gelukkige, zelfstandige en verantwoordelijke volwassenen. Maar de weg naar effectief ouderschap is soms vol uitdagingen.
Hoe kunnen we ons kind begeleiden zonder dat het een constante strijd wordt? Hoe zorgen we ervoor dat ons kind begrijpt wat gewenst gedrag is, zonder dat we voortdurend hoeven te corrigeren of straffen?
Een krachtige manier om gewenst gedrag te stimuleren is door middel van aanmoediging en beloning.
Maar wat betekent het echt om ons kind te belonen? En hoe zorgen we ervoor dat beloningen effectief zijn zonder dat ze averechts werken?
In deze blogpost verkennen we hoe we op een gebalanceerde en doordachte manier ons kind kunnen aanmoedigen en belonen, zodat we een positieve en ondersteunende opvoedingsomgeving creëren.
Aanvaardbaar gedrag aanmoedigen en belonen
Wanneer we het hebben over belonen, denken velen meteen aan materiële beloningen, zoals een nieuw stuk speelgoed of een traktatie. Hoewel deze vorm van belonen op bepaalde momenten zinvol kan zijn, zijn er ook andere, vaak krachtigere manieren om gewenst gedrag te stimuleren.
Een oprecht en gericht compliment, een schouderklopje of een dikke knuffel, positieve aandacht of een samen gedeeld moment kunnen even waardevol zijn en hebben vaak zelfs meer effect op de lange termijn.
Door regelmatig interesse te tonen in wat onze kinderen doen, door hen zoveel mogelijk aan te moedigen wanneer ze iets nieuws proberen, en gerichte complimenten te geven wanneer ze iets goed doen, creëren we een positieve wisselwerking met onze kinderen.
Ons kind voelt zich gezien en gewaardeerd, en zal daardoor vaker positief gedrag laten zien. Dit leidt tot een cyclus waarin goed gedrag steeds opnieuw wordt versterkt door onze positieve reacties.
De valkuil van te veel belonen
Maar hoe vinden we nu de balans tussen aanmoediging en overmatige lof?
Hoewel het belangrijk is om positief gedrag te belonen, willen we voorkomen dat belonen een automatisme wordt.
Onze hersenen zijn gevoelig voor beloningen, en wanneer kinderen te vaak worden beloond, bestaat het risico dat ze leren om alleen iets te doen vanwege de beloning die erop volgt. Ze verliezen dan de voldoening in het gedrag zelf.
Een overdaad aan complimenten kan er bovendien voor zorgen dat onze kinderen afhankelijk worden van externe bevestiging.
In plaats van dat ze trots zijn op hun eigen prestaties, kunnen ze leren om alleen te streven naar goedkeuring van buitenaf.
Het is daarom belangrijk om beloningen op een bewuste en doordachte manier in te zetten.
Wanneer is een materiële beloning op zijn plaats?
Materiële beloningen kunnen heel effectief zijn wanneer een kind iets nieuws leert.
Dit kunnen mijlpalen zijn zoals voor het eerst op het potje gaan, zich zelfstandig aan-en uitkleden, afscheid nemen van de fopspeen, de eigen tanden poetsen, …
Bij deze eerste keren kan een materiële beloning zoals een sticker of een klein cadeautje een krachtige motivatie zijn.
Toch is het belangrijk om ook hier een aantal regels te volgen, zodat de beloning zijn waarde behoudt en het kind begrijpt waarom het wordt beloond.
Enkele voorwaarden voor een effectieve materiële beloning
1. Maak het visueel
Een stickerkaart of een beloningsposter kan helpen om het beloningssysteem visueel en tastbaar te maken voor het kind.
Door de vooruitgang letterlijk in beeld te brengen, wordt het voor het kind duidelijk waarvoor het beloond wordt.
Een blanco beloningskaart om mee aan de slag te gaan, kan je vinden op De Opvoedcoaching Community.
2. Wees duidelijk
Vooraleer we een beloningssysteem gaan inzetten, moeten we eerst even voor onszelf scherp stellen welk specifiek gedrag we verwachten van ons kind en dus gaan belonen.
Dit kunnen we vervolgens duidelijk verwoorden naar ons kind op een positief geformuleerde manier.
3. Wees consequent
Belonen is alleen effectief als we het enkel toepassen wanneer het gewenste gedrag daadwerkelijk wordt vertoond. Consistentie is hierbij de sleutel.
4. Geef de beloning onmiddellijk
Door de beloning te geven vlak nadat ons kind het gewenste gedrag stelt, wordt voor ons kind het verband tussen zijn gedrag en de beloning duidelijk .
5. Gebruik het beloningssysteem niet te lang
Beloningssystemen verliezen hun waarde als ze te lang worden gebruikt.
Voor jonge kinderen is twee tot vier weken vaak lang genoeg om nieuw gedrag te laten inslijten.
6. Gebruik slechts één beloningssysteem per keer
Dit is best een belangrijke voorwaarde.
Het gebruik van meerdere systemen tegelijk kan verwarrend zijn voor onze kinderen en hun overzicht vertroebelen.
7. Als het beloningssysteem niet werkt, stop er dan mee
Als een beloningssysteem niet het gewenste effect heeft, heeft het weinig zin om iets te blijven doen dat niet werkt.
Bij het aanleren van nieuw gedrag betekent dit vaak dat ons kind er nog niet aan toe is. Dan proberen we op een later moment best opnieuw.
Belangrijk hierbij is om niet gefrustreerd te raken en te blijven vertrouwen in de capaciteiten van ons kind.
Besluit
Naarmate onze kinderen groeien en zich verder ontwikkelen, zullen we onze aanpak regelmatig moeten aanpassen aan wat onze kinderen nodig hebben.
Wanneer we erin slagen om een balans te vinden tussen belonen, aanmoedigen en het stimuleren van intrinsieke motivatie, zullen we zien dat ons kind niet alleen het gewenste gedrag vertoont, maar ook echt geniet van het proces van leren en groeien.
Krijg je hierin graag ondersteuning? Laat dan van je horen via het online contactformulier.
Bronnen:
P. Adriaenssens: “Opvoeden is een groeiproces,” Uitgeverij Lannoo, 1997.
H. Montgomery: “De zeven stappen naar succesvol ouderschap. Van peuter tot kleuter.” A.W. Uitgevers B.V., 2019.